Maleisie

De stranden van Thailand achter ons gelaten voor weer wat meer cultuur en Nationaal Parken die Maleisie te bieden heeft. Maleisie is een Aziatisch land maar je kan het niet vergelijken met bv. Thailand,Vietnam,enz ... Ongeveer 80 % vd bevolking is moslim, dus veel gesluierde vrouwen, overal een moskee en op de meeste plaatsen is er geen alcohol te verkrijgen ... toch wel jammer want met deze tropische temperaturen zou een fris pintje wel smaken. Het is hier over het algemeen ook beter ontwikkeld dan de andere Aziatische landen, goede wegen, auto's ipv brommers, flatgebouwen en de meeste mensen spreken vloeiend Engels, wat het wel makkelijk maakt voor ons en het is ook leuk om met de mensen wat te zeveren, ze zijn best nieuwsgierig en super vriendelijk. De eetcultuur is wel hetzelfde, overal eetstandjes langs de weg. Het eten is een mix van Malay, Indisch, Chinees en Indonesisch .... lekker lekker !!! Onze eerste halte was Georgetown op het eiland Penang, deze charmante stad is lang onder Engels bewind geweest. Veel koloniale gebouwen maar ook een Indisch-district en een Chinatown ... leuk om door te wandelen. Na 2 dagen Georgetown verlaten voor de Cameron Highlands, dit jungle-achtig gebied ligt op een hoogte van 1300 tot 1800 m. Door het zachte klimaat ideaal voor het kweken van thee en aardbeien. Hier zijn we de jungle ingetrokken voor 2 mooie dagwandelingen. Onderweg een thee- en aardbeienplantage bezocht. Het was nog 'ns fijn om die wandelschoenen aan te trekken. Van de Cameron Highlands zijn we in de stad Ipoh beland. 's Middags in Ipoh aangekomen en meteen een busticketje gekocht voor de nachtbus naar Kota Bahru. Onze rugzakken in bewaring gegeven en de stad ingetrokken. Eerst de innerlijke mens wat versterkt in een klein Indisch restaurant. Hier wordt het eten opgediend op een bananenblad, een hoopje rijst met wat groenten en het vlees kan je kiezen uit een buffet, dit moet je dan allemaal binnenspelen met je 'rechterhand' (geen bestek dus), links wordt als onrein beschouwd. Voor ons, 2 linkshandigen dus niet zo makkelijk, maar het was 'weeral' lekker. In Ipoh verschillende gebouwen en een tin-museum bezocht, tegen de avond hadden we het alweer gezien. 's Avonds om 10u de bus in en om 5u 's morgens aangekomen in Kota Bahru, aan de Oostkust. We waren behoorlijk vroeg maar gelukkig een guesthouse gevonden waar de vrouw des huizes al wakker was. Ons geinstalleerd en nog even een dutje gedaan. Na het ontbijt de stad wat verkend, maar het was vrijdag (biddag) en dus waren de meeste zaken en museums gesloten. Tegen de middag waren we al uitgewandeld, krantje gekocht en ons in de tuin van het guesthouse gezet. De dag nadien doorgereden tot het kleine vissersdorpje Marang, ook hier niks spectaculairs te zien, beetje rondhangen en lezen. De ideale tussenstop richting Kuantan. Gisteren in Kuantan aangekomen, deze stad ligt halverwege de oostkust. Bij aankomst gezocht naar een kamer bij verschillende budgethotels want guesthouses zijn hier niet, maar deze waren zo goor (zelden gezien) dat we een kamer hebben genomen bij Hotel Oriental Evergreen. Het enigste budgethotel dat er door kon. Vandaag hebben we het vissersdorpje Beserah bezocht, aangeprezen door de vriendelijke madam van het informatie-centrum, maar eigenlijk stelde het niet veel voor. Al liftend terug naar Kuantan, we hebben hier al zo'n 3 keer gelift, en telkens staan we er maar een paar minuten, dat gaat hier dus goed. De steden en dorpjes aan de oostkust vallen ons een beetje tegen, ze hebben minder te bieden dan we dachten. Het is leuk om gezien te hebben maar dat is dan ook alles. Morgenvroeg nemen we de bus naar het binnenland, richting het Taman Negara National Park, terug wat actie dus.
De groetjes en tot de volgende.